Amsterdammers en slavernij

Hendrik van Guinea Charles (1827-1899)., ca. 1895

Het economische belang voor de stad was groot. Zo wordt in een document uit 1730 gesteld dat vrijwel iedere Amsterdammer – arm of rijk – een stuk brood aan Suriname verdiende. De producten uit Suriname  waren gebaseerd op de arbeid van mensen in slavernij.

Tabaksvignet van J.G.A. Heukensfeldt, tabaksverkoper in de Lange Leidsedwarsstraat

In deze tentoonstelling staan dertien Amsterdammers centraal die betrokken waren bij de slavernij  in Brazilië, Curaçao, Indonesië, Berbice en op zee. Zwart en wit, rijk en arm, man en vrouw. Als  slavenhandelaar, matroos of dienstbode. Van weeskind tot notaris.

Jacob Ernst Marcus, Portret van Susanna Dumion (1713-1818) op 100-jarige leeftijd, ca. 1813 tot 1818 (Teylers Museum)

Tentoonstelling in de Hal en Schatkamer, 30 juni – 18 oktober 2020

Dit bericht is gepost in Nieuws. Bookmark de link.